Wat zijn de aanbevelingen van NNR en WHO over de Omega-6:3 balans?

De aanbeveling van het Nordic Council of Ministers (NNR) (Nordic voedingsaanbevelingen 2012) zegt: Linolzuur (n-6) en alfa-linoleenzuur (n-3) zijn essentiële vetzuren en zouden ten minste 3 E% moeten bijdragen, waarvan ten minste 0,5 E% als alfa-linoleenzuur. Dit geeft een n-6/n-3 verhouding van 5:1.

Het wordt ook genoemd; De inname van cis-meervoudig onverzadigde vetzuren dient 5–10 E% te zijn, waarvan n-3-vetzuren minimaal 1 E% dienen te zijn. Dat betekent minimaal 2,2 g omega-3 per dag voor een volwassene, en ook een omega6/3-balans van minder dan 5:1

De WHO (vanaf 2008) raadt een vaste verhouding van 4:1 niet meer aan

Een gemiddelde waarde van hun nieuwe aanbeveling geeft 3,3:1

Uitleg:
WIE/FAO. 2008. Beveelt aan dat het totale n-3-vetzuur de inname kan variëren tussen 0,5-2% E, terwijl de minimale voedingsbehoefte van ALA (> 0,5% E) voor volwassenen deficiëntiesymptomen voorkomt. De hogere waarde 2%E (ALA) plus n-3 meervoudig onverzadigde vetzuren met lange keten (LCPUFA) eicosapentaeenzuur (EPA) en docosahexaeenzuur (DHA) (AMDR 0,250 g–2,0 g) kunnen deel uitmaken van een gezond dieet.

Lagere n-3: = 0,5%E ALA plus (0,250g) 0,11%E EPA+DHA = 0,6%E
Bovenste n-3: = 2%E ALA plus (2 g) 0,9%E EPA + DHA = 2,9%E
Gemiddelde n-3: = 1,8%E

Door te accepteren dat de U-AMDR-waarden van totale PUFA- en totale n-3-vetzuren respectievelijk 11% E en 2% E zijn, is het resulterende acceptabele bereik (AMDR) voor inname van n-6-vetzuren (LA) 2,5-9% E. "Arachidonzuur (AA) is niet essentieel voor een gezonde volwassene wiens gebruikelijke dieet LA> 2,5% E levert."

Lagere n-6: = 2,5 %E
Bovenste n-6: = 9 %E
Gemiddelde n-6: = 5,8 %E
1. Tussen de regels door kunnen we dus afleiden dat de gemiddelde waarde van wat wordt aanbevolen door omega-3 en omega-6 een n-6/n-3 verhouding is van ongeveer 3,3:1.

Gemiddelde n-6:n-3 verhouding: 5,8%E / 1,8%E = 3,3:1

2. Het bereik is echter groter in het bovenstaande voorbeeld, 15:1 (9/0,6) tot 0,9:1 (2,5/2,9)